Klik hier om de handleiding te downloaden
Stap 1: Ga naar de Academic Software-pagina van Hogeschooltaal en klik op de 'Inloggen'-knop aan de rechterkant.
Stap 2: Controleer je gegevens, duid aan of je het product wilt helpen verbeteren en klik op Akkoord.
Stap 3: Klik op 'I Agree' om akkoord te gaan met de voorwaarden en het privaybeleid.
Stap 4: Kies of je nieuws en tips wilt ontvangen van Hogeschooltaal.
Voor het eerst bij Hogeschooltaal
Als je Hogeschooltaal voor het eerst opent, wordt je gevraagd een taaltoets te maken. Als je de toets niet te zien krijgt, maar meteen in het oefenprogramma terechtkomt, klik dan op onderstaande knop om de activatietoets te starten. Via deze toets wordt je taalniveau vastgesteld.
Terug bij Hogeschooltaal
Heb je al een aantal keer ingelogd en de toets al gemaakt, dan kom je meteen in je oefenomgeving terecht. Mocht je echter zowel Hogeschooltaal Nederlands als Hogeschooltaal Engels gebruiken, dan krijg je bij het inloggen onderstaand scherm te zien. Je kunt nu kiezen met welk programma je wilt werken. Je kunt natuurlijk altijd switchen tussen de programma’s. Dit doe je door te klikken op het keuzemenu rechts bovenaan de pagina.
Studieadvies van Hogeschooltaal
Nadat je de test hebt afgerond, wordt je taal-DNA geactiveerd. Je krijgt nu studieadvies en je huidige niveau per onderdeel te zien, zoals in het voorbeeld hieronder. Heeft jouw omgeving nog geen zichtbare scorebalken, ga dan naar 'Voor het eerst bij Hogeschooltaal'.
In bovenstaand voorbeeld zie je dat het programma aanraadt om te beginnen met oefeningen over de verleden tijd: zwak, met valse -f of -s. Je ziet ook een uitroepteken voor Spelling van werkwoorden. Op deze manier helpt Hogeschooltaal je bij het maken van studiekeuzes.
Zelfs wanneer je heel goed hebt gescoord op de taal-activatietoets, zullen de scorebalken van de Basisvaardigheden nooit groen zijn. Dit komt omdat de activatietoets maar een paar vragen per onderwerp omvat en Hogeschooltaal op basis daarvan onvoldoende kan beoordelen of je iets echt beheerst of niet. Je zult dus altijd meerdere vragen per onderdeel moeten beantwoorden.
Ben je benieuwd naar je voortgang? Dan kun je die bekijken door op de knop Resultaten te klikken. Hogeschooltaal adviseert om op alle onderdelen ten minste 80% te scoren. Zit je daar nog onder, oefen dan nog even verder.
Oefenen met Hogeschooltaal
Oefenen met Hogeschooltaal is heel gemakkelijk. In de oefenomgeving zie je vier hoofdmodules van de Basisvaardigheden: Spelling van werkwoorden, Spelling algemeen, Zinsstructuur en Algemeen taalgebruik. Wanneer je op een van deze modules klikt, dan zal je zien dat deze module is onderverdeeld in verschillende deelonderwerpen. Hieronder zie je de deelonderwerpen van Spelling van werkwoorden.
Vanuit dit overzicht kun je twee keuzes maken:
- Je klikt op een specifiek onderwerp om te oefenen
- Je start een mixoefening
Een specifiek onderwerp oefenen
Wanneer je op een onderwerp klikt, krijg je eerst de theorie met voorbeelden te zien. Nadat je deze hebt doorgenomen, kun je klikken op 'start met oefenen'. Na het beantwoorden van iedere vraag, krijg je te zien of je de vraag goed of fout hebt beantwoord. Beantwoord je de vraag fout, dan krijg je automatisch een tip te zien. Begrijp je op dat moment nog niet wat je verkeerd hebt gedaan, dan kun je altijd de theorie nog eens raadplegen.
De scorebalken van het geoefende onderdeel bewegen mee met de door jou gemaakte oefeningen. Beantwoord je veel vragen goed, dan zal het percentage op de balk stijgen. Maak je een aantal fouten, dan zal het percentage op de scorebalk dalen. Dit kun je ook terugzien op de resultatenpagina.
Een mixoefening maken
Kies je voor de mixoefening, dan krijg je een oefening waar alle onderwerpen van de module in aan bod komen. Ook hier krijg je na het fout beantwoorden van iedere vraag een tip en een verwijzing naar de theorie.